Door Wim Nijhaus
In het kader van een ultrakorte, intensieve promotie-tournee waren ze onlangs weer even in Nederland, de ongekroonde koningen van de melodieuze hardcore, de geëngageerde speed-pop, de poppy punkrock of hoe je het genre ook maar wilt betitelen. Begin juni komt Bad Religion terug voor een uitgebreide concertreeks, waarbij de temperaturen ongetwijfeld weer hoog zullen oplopen. Opscene sprak alvast met zanger Greg Graffin en gitarist en topproducent Brett Gurewitz over stagediven, engagement, het Epitaph-label en, eh, zoölogie. No Bad Religion-song can make your life complete, maar het is wel een fikse stap in de goede richting.
De helden zijn vermoeid, en hoe kan het ook anders. Bad Religion verzorgt in het kader van een uitputtende promotie-tournee een drital optredens in drie dagen in evenzoveel Europese steden. Eerst mocht Londen live kennismaken met het materiaal van de nieuwe Generator-elpee, toen was een propvol Paradiso aan de beur en daarna wachtten nog een optreden in Düsseldorf. Eén en ander is Graffin en Gurewitx, de songwriters van Bad Religion, niet in de kouwe kleren gaan zitten. "We wilden onze grote afzetmarkten, waar veel mensen de nieuwe plaat al hebben gehoord, een voorproefje geven van hoe we het nieuwe materiaal live spelen," verplaart een door stemproblemen geplaagde Graffin. "Dat publiek komt waarschijnlijk nog wel een keer naar de show als we in juni terugkreren. Maar eigenlijk is zo'n ultrakorte toer veel te vermoeiend."
Gurewitz, de uitputting nabij maar desondanks energiek vertellend: "Zo'n tripje is eigenlijk gekkenwerk. Maar we deden al twee erg grote shows in Los Angeles, en omdat Greg, die als enige niet in Californië woont, daarvoor toch al was overgekomen hebben we maar besloten om hierheen te vliegen. Eigenlijk is het zwaar, ik zou het niet nog eens doen."
Het zware programma en de bijkomende jetlag weerhield Bad Religion er in Paradiso niet van om een uiterst energieke show weg te geven. Anderhalf uur uptempo, waarbij het aantal gespeelde songs slechts met moeite wel bij te houden. In Graffin heeft Bad Religion een droogkomisch frontman van allure, die elke break met een opgeheven vingertje onderstreept. De ook als Mr. Brett bekendstaande Gurewitz deed zelf ook een Hendrix-tandensolo, terwijl tweede gitarist Greg Hetson onvermoeibaar rondjes rende. Bassist Jay Bentley was de rust zelfe, terwijl de plaats van Peter Finestone op de drumkruk bleek overgenomen door de bolle stokkengoochelaar Bobby Schayer. Een opwindende ervaring, zo'n Bad Religion-optreden, waarbij de waterdicht op elkaar ingespeelde band nog het meeste moeite had met het ontwijken van het grote contigent stagedivers.
"Dat stagediven begint nu echt wel een beetje uit de hand te lopen," meent Graffin. "In onze begintijd was het concept achter het stagediven: zo snel mogelijk het podium op en er net zo snel weer af. Nu blijven ze vaak langer op het podium en maken je het speken zowat onmogelijk. We hebben er liberale opvattingen over; we zien graag dat mensen lol hebben en gebruiken daarom nooit bouncers, maar daar wordt nu misbruik van gemaakt. Ik denk dat veel mensen in het publiek ook liever zagen dat het ophield."
Gurewitz vult aan: "Dat manische gedoe hoort bij Bad Religion, maar ze moeten het niet overdrijven. Ik moet wel in de gelegenheid zijn om te spelen en de koortjes te zingen. Dat gaat vrij moeilijk als ze steeds je microfoonstandaard omgooien."
Bad Religion bestaat al sinds het begin van de jaren tachtig, hoewel de groep pas sinds een paar jaar ook buiten een harde kern van insiders wordt gewaardeerd. "Onze invloeden waren destijds zo'n beetje alle new wave- en punkbands uit de late jaren zeventig," haalt Graffin herinneringen op. "Devo en The B-52's net zo goed als de Ramones en L.A.-groepen als Germs en Adolescents. Platen van Engelse bands waren destijds maar moeilijk te krijgen in L.A., maar Buzzckicks en Sham 69 hadden een goede distributie en waren dus zeker van invloed. Dat we ook door Hüsker Dü zouden zijn geïnspireerd is een veelvoudig terugkerend misverstand: zij deden ongeveer hetzelfde als wij, zonder dat we aanvankelijk van elkaar wisten. Er was sprake van mutual development."
Begonnen als doorsnee hardcorebandje evolueerde Bad Religion langzaamaan naar ongeëvenaarde punkpop-meesterschap. Op Suffer ('88) keam de grote kracht van e groep - korte songs met puntige melodieën, flitsende breaks, heerlijke koortjes en geëngageerde teksten - voor het eerst aan de oppervlakte, waarna met No Control ('89) en Against The Grain ('90) eenzame hoogten werden bereikt. Het nieuwste Bad Religion-werkstuk, Generator, had iets meer draaibeuren nodig om zijn geheimen prijs te geven, maar was daarna ook niet meer van de draaitafel te branden.
Graffin: "Dit is de eerste keer dat ik dat hoor! Veel mensen vertelden met juist de ze Generator meteen prachtig vonden. Maar volgens mij groeit elke Bad Religion-plaat: it sort of starts to sink into your bones. We hebben op Generator ook niet bewust iets anders willen doen. Ik schrijf songs, Brett schrijft sonfs en elke keer als we ervoor gaan zitten om voor een nieuwe plaat te schrijven wordt het moeilijker om fris en nieuw te blijven en tegelijk als Bad Religion te blijven klinken. Tussen Suffer en Generator is een logische progressie merkbaar. Zo'n zelfde vooruitgang zit ook in de vijf nieuwe songs die ik al klaar heb voor een volgende plaat. Wat oud spul gecombineerd met wat nieuw spul dat je zal verrassen."